Mario Molegraaf heeft de langverwachte biografie van Hans Warren voltooid. Verschijningsdatum: november 2023! Wij kijken er – vanzelfsprekend – erg naar uit!
Op zijn zwerftocht door Nederland fotografeert Martin van der Kamp landschappen, graven en gebouwen die verbonden kunnen worden met het leven en werk van Hans Warren. Deze keer: Maren-Kessel (gem. Oss).
Uit Geheim Dagboek: 25 juli [1993] – zondagmiddag, 15 u. – (…) We konden gisteren (…) een uitstapje gaan maken. (…) We reden via Leersum en Amerongen, namen een paar ponten en een brug. Zo belanden we in (…) Maren-Kessel waar Tilly en haar man wonen. (…) Ze hebben een heerlijk huis, het voormalige gemeentehuis (…). Ze hebben een poes, kippen, een leuke tuin. Er is een vijver met tientallen kikkers tussen plompen en waterlelies. En dan het prachtige uitzicht over het rivierenland. (…) Het was een leuk bezoek, dat vond M. ook.(…)
‘Nu dringt de regen diep door in je graf en niemand is er om je te beschermen’
Deze week verscheen bij Artistiek Bureau de bundel Grafkrans. In Grafkrans staan acht nooit eerder gepubliceerde gedichten van Hans Warren, die hij schreef na de dood van zijn moeder op 7 juni 1951.
Mario Molegraaf verzorgde het nawoord en citeert uit nog niet eerder in druk verschenen passages uit Geheim dagboek.
Verdere gegevens: Ingenaaid (omslagillustratie Natalia Simal). Vormgeving Martien Frijns. 32 p. Gedrukt in kleur in een oplage van 250 exemplaren. Eerste druk. ISBN 9789083144900.
Dit is de maand dat Marga Minco, een van de belangrijkste moderne auteurs, een groot jubileum viert. De schrijfster van Het bittere kruid kan toch genieten van het zoete leven, zoals ik zelf heb mogen ervaren. Bijvoorbeeld op 24 juni 1984. Marga Minco en haar man, de dichter Bert Voeten, meldden zich die dag kort na vijf uur bij ons thuis. Wat later kwamen Mai Spijkers en Bert Bakker, van de uitgeverij waar de boeken van zowel Hans Warren als Marga Minco verschenen. Daar zitten ze dan, keurig in het pak, op de divan van het huis aan het Pijkeswegje. Van links naar rechts Mai Spijkers, ikzelf hurkend voor een weelde aan pauwenveren, Hans Warren, Marga Minco en Bert Bakker. De maker van de foto, Bert Voeten, ontbreekt. Er volgde een bezichtiging van onze tuin, die zag er aldus Hans Warren in zijn dagboek ‘indrukwekkend uit met al het geboomte en de grasvelden, bijna een park. Wild, onverzorgd, aangenaam’. Weer was er een fotomoment. Daarna de maaltijd, zoals heel vaak bij ‘Inter Scaldes’ in Kruiningen. De borden zijn nét leeg op de in het restaurant gemaakte foto. De contacten tussen de 2e Oosterparkstraat en Pijkeswegje 1 bleven, een enkele ontmoeting, boeken met opdracht, correspondentie. In de brief van 19 februari 1993 komen ze allemaal nog een keer samen. De briefschrijfster Marga Minco, de kort voordien overleden Bert Voeten, Hans Warren en ik, Bert Bakker die van het uitgeverstoneel verdween en Mai Spijkers (in wie ze haar vertrouwen uitspreekt). Marga Minco, overlevende en overlever, op 31 maart 2020 honderd jaar.
Zeventig zou hij zijn
geworden, op 14 december jongstleden, Boudewijn Büch. Wie heeft er op die dag
aan hem gedacht? Ik wel, en ik denk bijna iedere dag nog even aan hem. Laatst
liep ik door Dordrecht en ineens hoorde ik een stem: ‘Mario! Mario!’ Een man op
een racefiets, na al die jaren niets veranderd, Klaas Koppe, fotograaf, een
tijdlang zonder meer dé fotograaf van literair Nederland. En een misschien wat stille,
maar ongelooflijk trouwe vriend en metgezel van Boudewijn. Klaas was er ook
altijd bij als Boudewijn langskwam op het Pijkeswegje. Hij zorgde voor veilig
vervoer en voor een beetje wijze relativering. Even was het daar op die straat
in Dordrecht of oude tijden herleefden, of BB en HW weer leefden. Op een van de
foto’s, gemaakt door Menno Voskuil, ziet u mij in actie bij het graf van
Boudewijn Büch. Ik leg een rode roos op zijn monumentje. Begraafplaats
Westerveld, in Driehuis, niet ver van IJmuiden. Het was een heel gezoek naar
graf nummer KL011000. Tot we een behulpzame medewerker aanspraken. Het nummer
zei hem niets, maar de naam: ‘O, Boudewijn Büch. Boudewijn Büch! Ze komen hier
allemaal voor Boudewijn Büch.’ Gelukkig toch niet vergeten.