Maandelijks archief: oktober 2013

Kavafis en Warren: twee optredens van Mario Molegraaf

Naar aanleiding van de bibliofiele uitgave Op de Solex door Algerië , een verhaal van Hans Warren uit 1950 (zie nieuws 28 september jl.), is op maandag 4 november een bijeenkomst in de Drvkkery in Middelburg, aanvang 15.30 uur. Jan van Damme (PZC) spreekt dan met Mario Molegraaf en uitgever Jan Keijser (Avalon Pers). Zie ook stuk van Jan van Damme in de PZC van afgelopen zaterdag 26 oktober

Bij uitgeverij Liverse verscheen deze week De onvoltooide gedichten van Kavafis. Op 18 november organiseert het Literatuurhuis in Utrecht een avond rond Kavafis. Mario Molegraaf en anderen zullen over Kavafis vertellen en gedichten voordragen. Aanvang is 20.00 uur.

Zie ook: Het literatuurhuis en over de onvoltooide gedichten van Kavafis: Zeeland Geboekt

Vertaling Kavafis voltooid met onvoltooide gedichten

Bij Uitgeverij Liverse (Dordrecht) verschijnt eind oktober de eerste Nederlandse vertaling van de onvoltooide gedichten van Kavafis.

De uitgeverij meldt:

Een van de belangrijkste dingen die Mario Molegraaf en Hans Warren (1921-2001) hebben gedaan, was het vertalen van Kavafis. In 1984 verscheen voor het eerst hun versie van zijn poëzie, de uitgave werd regelmatig herzien en aangevuld. Met deze bundel De onvoltooide gedichten is het werk eindelijk voltooid.

Kavafis’ poëzie omvat naast ‘de 154 gedichten’: ‘de verworpen gedichten’ (jeugdgedichten die hij later verloochende), ‘de onuitgegeven gedichten’ en tenslotte deze nu voor het eerst in het Nederlands bijeengebrachte gedichten, in het Grieks spreekt men van ‘ateli’.
In de herfst van 1932, na een zware operatie in Athene, zei Kavafis tegen zijn vrienden: ‘Ik moet nog vijfentwintig gedichten schrijven. Vijfentwintig gedichten!’ Hiermee bedoelde hij deze gedichten, de onvoltooide gedichten, de gedichten in bewerking. Het gaat om gedichten uit zijn laatste levensjaren, gedichten die hij af had willen maken. In deze gedichten, onvoltooid of niet, zit de hele Kavafis. Poëzie om te lezen, maar vooral om mee te leven. Poëzie vervuld van de verslavend-verschrikkelijke spanning van het verbodene. Gedichten waarvan je hart gevaarlijk gaat bonzen.

OP DE KADE
Bedwelmende nacht, in het donker, op de kade.
En later in de kleine kamer van het hoeren-
hotel – waar we ons volkomen aan onze ziekelijke
hartstocht overgaven, uur na uur, aan ons soort liefde –
tot de ramen oplichtten bij de nieuwe dag.

Vanavond, net zo’n nacht, liet voor mij
die nacht van zo lang her herleven.
Geen maan, erg donker
(maar goed ook). De nacht van onze ontmoeting
op de kade; op grote afstand
van de cafés en de bars.

Kavafis, de onvoltooide gedichten / vertaling: Mario Molegraaf – Hans Warren – ISBN 978-94-91034-24-4 – Bordeauxreeks nr. 20 – Uitgeverij Liverse – 64 blz. – € 14.95

Bestellingen via www.liverse.nl

Uit de nalatenschap van Hans Warren – deel 20: leren leven

Momenteel werkt Mario Molegraaf aan de biografie van Hans Warren. Op zijn ontdekkingstocht door het leven van Warren stuit hij regelmatig op interessante vondsten. Op de eerste dag van elke maand deelt hij zo’n vondst met de bezoekers van onze website.


Hannah Warren, de dochter van, koestert zo’n haat jegens haar vader dat ze zelfs zijn taal niet wil bezigen. Haar website houdt ze dan ook in het Engels bij. In voortreffelijk Engels, dat moet gezegd. Helaas maakt die vorm de inhoud niet minder naar. ‘My father disgraced our family,’ lastert ze. En ze heeft het over een ‘fatal mistake my father made’. Uitlatingen die om uitleg vragen, maar die verstrekt ze niet. Daarentegen meldt ze weer heel stellig dat door toedoen van haar vader ‘my family and I were exposed to a on-going charade of shame & mortification’. Het bewijst allemaal weer eens dat verbittering, wraak, rancune niet de meest verstandige en waardige gedachten opleveren. Ze kondigt aan ‘my side of the story’ te willen opschrijven. Hoe zou het toch komen dat ik daarnaar níet nieuwsgierig ben? Terwijl het onderwerp me fascineert: Hans Warren als familieman. Zó heb ik hem nooit gekend. Toen ik in zijn leven verscheen, was het een voorbij hoofdstuk. Er zijn talloze foto’s van het vijfkoppige gezin. Hans Warren zelf staat er zelden op, waarschijnlijk omdat hij optrad als gezinsfotograaf. De foto’s die hem wél als vader tonen, vervullen me met verbazing en ontroering. Een vader die zo kijkt als de vader op de foto’s, een vader die zijn kindje zo vasthoudt als deze vader, hoe kan dat ooit een foute vader zijn? Op 8 mei 1958, twee dagen na de geboorte van zijn derde en laatste kind, schreef hij een gedicht ‘Leren leven’. Hij gebruikte de achterkant van een vel van vogelhandel ‘De Edelzanger’ waar hij vaste klant was. Hij vouwde het blad dubbel en schreef op één kant een kladversie, op de andere kant een netversie. In het gedrukte dagboek (niet in het oorspronkelijke cahier) vinden we nóg een versie, een achteraf-gezien variant. Dáárin beweert hij: ‘Het lijkt op het compromis/ dat gevreesd werd in de jeugd’ en ‘We verlaten het gedicht geredelijk/ voor een kleine nood van de naaste/ en noemen dat winst’. Maar indertijd schreef hij zonder cynisme: ‘Hoe ver is dit van het compromis’ en ‘We verlaten het gedicht geredelijk/ voor een kleine nood van de naaste,/ het is alles winst’. O ja, er vallen in Geheim dagboek soms harde woorden over Hannah, daarin tot Beryl omgedoopt. Maar dit gedicht en de foto’s getuigen: hij heeft wel degelijk zijn best gedaan, als echtgenoot, als vader, ook als vader van Hannah, die onlogisch genoeg besloot wél met zijn achternaam door het leven te gaan.

Mario Molegraaf


Jac P. Thijsse: Villa Binnenduin in Bloemendaal

Op zijn zwerftocht door Nederland fotografeert Martin van der Kamp graven en gebouwen die verbonden kunnen worden met het leven en werk van Hans Warren.

27 oktober 1942 – Na enig zoeken vond ik de Parallelweg nummer 3 (…) Een stijgend grindpad, omzoomd door wild struikgewas leidde naar de voordeur van de ouderwetse villa ‘Binnenduin’. Nog terwijl het dienstmeisje op mijn bellen open deed, klonk reeds vanuit de studeerkamer Thijsse’s warme, hartelijke stem: ‘Warren, kom binnen, kom binnen’ (…). Hij loodste me direct zijn studeervertrek binnen, waar je uitzag op de wilde rozen en andere ruige struiken van de natuurtuin.