Categoriearchief: De mooiste gedichten

Liefde

Liefde
Gekozen door Maureen van Steenbergen

Een zeepbel is niet te verwerven
ook liefde sterft aan de opperhuid.
Nakijken, dromen, derven
maken de waarde uit.

Hans Warren, Verzamelde Gedichten. (Amsterdam: Bert Bakker, 2002)

Het moeras

Het moeras
Gekozen door Bavo Defurne

Ik wist, als jongen, een moeras.
Je kon er langzaam in wegzinken
en zou niemand meer tot last zijn.
De zompen, mijn bittere troost
tussen orchis en wollegras, zijn drooggelegd.
Ik weet, als man, niet meer waar ik heen moet.

Hans Warren, Verzamelde Gedichten. (Amsterdam: Bert Bakker, 2002)

De werkers

De werkers
Gekozen door Mario Molegraaf

Je moet spaarzaam omspringen
met die flonkerende kristallen
en ritselende franje.
Maar geslepen voor je linkeroog
de onheilspellende rooktopaas
en voor je rechteroog
de groen en paars gevlamde amethyst
met daar als wimpers rondom heen
vier opgekrulde gouden strookjes
zie je er schattig uit.

Ook moet je niet te vaak verschijnen
met die hoerige accessoires.
Maar neergebogen over je geslacht
die ingekrulde zachte struisveer
en rond je bruine hals dan enkel nog
de band van donkergroen fluweel
zie je er echt opwindend uit.

Dan prikken we bij kaarsenschijn
mollusken uit hun parelmoer,
telkens knallen nieuwe kurken.
En ik geef je een knipoog
omdat we morgen voor dag en dauw
weer op klompen staan, met overalls aan,
in de handen spuwen en roepen
Jongens, ho!

Hans Warren, Verzamelde Gedichten. (Amsterdam: Bert Bakker, 2002)

Een roos van Jericho

Een roos van Jericho
Gekozen door de redacteuren van de Hans Warren Homepage

In chansons schuilt soms een dolk:
’tout l’amour que j’ai…’ en wie de hese stem niet kent
die dat zong, afbrekend, op dat moment,
even slepend boven een mistig kanaal,
de Rotonde de la Villette, twaalf jaar geleden.

Tout l’amour que j’ai –
een roos van Jericho, zij overleeft
geslachten.
Tout l’amour que j’ai ligt in een doos,
een curiositeit, wat gênant.

Spelen met wat geen spel verdraagt:
het portretje, de enige schilfer realiteit
gered uit stof en stormen
en wat brieven, in dezelfde cassette,
een geheim geworden, voor mezelf,
in twaalf jaar.

Twaalf jaar, het is veel
als oost en west, haat en liefde
kloven splijten;
vooral twaalf jaar gewoon leven,
twaalf jaar redelijk gelukkig zijn
zónder.

Het is genoeg voor altijd,
om te koesteren als jeugd,
als alles wat trilt en geurt, over die grens,
voorbij, gehad.

De roos van Jericho kent haar kracht
en wil geen water meer zolang ik leef,
het bittere kruid leeft intens
in het dorste zand.

Hans Warren, Verzamelde Gedichten. (Amsterdam: Bert Bakker, 2002)

Natuurlijk

Natuurlijk
Gekozen door Remco van Schellen

Natuurlijk moest die jongen in het duin
merken dat ik intens naar hem keek.
Natuurlijk kwam hij toen vlak langs me
met veel overbodige bewegingen
hoewel hij me zogezegd niet zag.
Natuurlijk begon hij een lenteballet
met een vriendje en een bal,
natuurlijk streek hij veel te meisjesachtig
telkens door zijn erg lange haar
en keek daarbij eens om,
flitsend gebit in duister gezicht.
Natuurlijk lag hij later
loom kauwend op een helmspriet
in dat aandoenlijke verschoten badbroekje
helemaal alleen in een warme duinpan.
Natuurlijk ging ik zacht en ongemerkt weg
en natuurlijk heb ik daar de hele dag spijt van.

Hans Warren, Verzamelde Gedichten. (Amsterdam: Bert Bakker, 2002)